In Nederland is er vanouds naar gestreefd om de aandacht voor verschillende belangen en waarden in het besluitvormingsproces een plaats te geven. Dit voorkomt een structurele krachtmeting tussen rechter en bestuur. Door voortvarende besluitvorming en het vinden van politiek en maatschappelijk draagvlak, schuiven de verschillende fasen van besluitvorming in elkaar. Politiek-bestuurlijke overeenstemming en juridische besluitvorming vallen steeds meer samen. Voorheen werd het juridisch, praktisch en bestuurlijk haalbare en mogelijke verkend om tot politieke keuzen te komen. Nu gaat politieke overeenstemming vaak vooraf aan toetsing van wat volgens het recht en in de praktijk mogelijk en haalbaar is. Juridische en praktische bedenkingen gaan steeds minder zwaar wegen dan de vaak moeizaam bereikte overeenstemming. Deze wordt dan onaantastbaar. Dit wordt versterkt wanneer de gemaakte afspraken met maatschappelijke of politieke partijen in gedetailleerde regeer-, bestuurs- of beleidsakkoorden worden vastgelegd. Dit is te lezen in de inleidende beschouwing van het jaarverslag van de Raad van State over 2015. Hierin laat de Raad van State zijn licht schijnen over de politiek-bestuurlijke omgeving waarin hij zijn taken en functie uitoefent.
Lees meer: Raad van State: rechtsstaat geen sluitpost van besluitvorming
Lees meer: Tolken weigeren werk voor overheid tegen verplichte dumptarieven
In de motie van Eerste Kamerlid Scholten van D66 wordt de regering gevraagd onderzoek te doen naar de oorzaken van het oplopen van de kosten op het terrein van de gesubsidieerde rechtsbijstand. De precieze samenstelling en taakopdracht van de in te stellen commissie zal binnenkort worden vastgesteld. Volgens staatssecretaris Teeven stelt de Eerste Kamer terecht de oplopende kosten aan de orde. ,,Om de toegang tot het recht ook in de toekomst veilig te stellen, moet het stelsel wel betaalbaar blijven’’, aldus de staatssecretaris.
Lees meer: Commissie onderzoekt kostenstijging rechtsbijstand
Lees meer: Criteria voor vrijstelling van griffierecht in het bestuursrecht
Elk jaar zijn er gemiddeld 14 partnerdodingen waarbij ongeveer 26 kinderen een ouder verliezen. Een tragische gebeurtenis met grote gevolgen. Kinderen rouwen om het verlies van hun gedode ouder en moeten het trauma zien te verwerken. Ook hebben zij gevoelens van boosheid, wrok en loyaliteit als het gaat om de ouder die dader is. Veelal raken kinderen hun vertrouwde woonplek kwijt omdat zij noodgedwongen moeten verhuizen. Hoe groot de gevolgen van partnerdoding zijn, blijkt uit een onderzoek dat in opdracht van het WODC werd uitgevoerd door het Psychotraumacentrum WKZ (UMC Utrecht). Bij 92 procent van de kinderen zijn er milde of ernstige zorgen die variëren van slaapproblemen tot agressief gedrag.
Lees meer: Kinderrechter beslist over omgang met kinderen na partnerdoding