Op veel Nederlandse daken is het welbekende blauwgekleurde zonnepaneel al te zien. Als de technologie echter doorzet, wordt zonne-energie binnenkort onzichtbaar: volledig transparante ramen met zonnecellen zijn namelijk de toekomst. Glas.nl zocht uit hoe nabij deze technologie al is. Zonne-energie opwekken wordt in Nederland steeds populairder; tussen 2000 en 2014 is het aantal zonnepanelen volgens cijfers van het CBS ruim honderd maal groter geworden.
De uitvinding komt van de Universiteit van Michigan. Een van de uitvinders van het zonneglas, Richard Lunt, bedacht dat ramen vaak een enorm groot deel van gebouwen in beslag nemen, en dus een groter oppervlak vormen dan de daken waarop nu meestal de zonnecellen geplaatst worden. Dat maakt de nieuwe, transparante zonneceltechnologie veelbelovend. Ook is er voor deze nieuwe technologie een veel kleiner aantal zonnecellen nodig. Deze bevinden zich namelijk alleen aan de randen van het glas.
De toepassing van het zonnecelglas is breed: grote kantoorpanden, maar ook elektrische apparaten zouden er baat bij kunnen hebben. De efficiëntie van de raamzonnecellen laat op dit moment nog wel wat te wensen over: "Het rendement van dit soort ramen zal rond de één tot twee procent liggen. Het recordrendement voor de zogenaamde 'rode ramen' is zeven procent. Gewone zonnepanelen hebben een rendement van 15 tot 18%," aldus Wilfried van Sark, zonne-energieonderzoeker aan de Universiteit Utrecht.
Vergeleken met reguliere zonnecellen, is het zonnecelraam dus nog een stuk minder efficiënt. Wetenschappers zijn hard aan de slag om deze te verbeteren, zodat wellicht over enkele jaren de eerste grote gebouwen over de technologie zullen beschikken. "In Nederland is een start-up actief, en is een aantal universitaire groepen ermee bezig," zo geeft Van Sark aan.